Bergbeklimmen
Deze illustratie gebruik ik vaak bij de start van de behandeling, en dient met name om een aantal belangrijke aspecten van een psychologische behandeling te onderstrepen.
Uitleg
“Je kunt een psychologische behandeling zien als het beklimmen van een berg. Je staat nu nog aan het begin van die berg en zoals je ziet sta ik naast je. Je kunt mij zien als een ‘gids’. Ik kan je dus uitleggen hoe we moeten klimmen, via welke route, welke schoenen je het beste kunt aantrekken enzovoort. Er is alleen één ding wat ik niet kan doen voor je, en dat is je naar boven dragen. Dat wil zeggen dat je iedere stap op de helling, zelf zult moeten afleggen. Maar ik ben bij je, en samen gaan we er zeker komen. Daarnaast zie je dat de berg niet als een rechte lijn loopt. Geen enkele berg loopt in een rechte pas omhoog. Zo ook niet een psychologische behandeling. Net als in het echte leven, bestaat een behandeling uit pieken en dalen. Er zullen momenten zijn dat het moeilijk is, en momenten waarop het redelijk makkelijk lijkt te gaan. Laat je dus niet afschrikken door tegenslagen in de behandeling. Ik heb zelfs liever dat je af en toe een terugval hebt terwijl je in behandeling bent, zodat ik je kan leren hoe ermee om te gaan, dan dat het allemaal perfect gaat en je na de afsluiting een grote terugval krijgt en naar beneden valt. Tot slot is het belangrijk te beseffen dat als je de top van de berg hebt bereikt, er nog steeds uitdagingen te wachten staan. Bovenop de berg waait het hard, en je kunt dus niet verwachten dat als de behandeling voorbij is je stressvrij door het leven kunt gaan. Niemand heeft een stressvrij leven, of voelt zich altijd gelukkig. En dat is ook helemaal niet erg. Je hebt geleerd hoe te klimmen, en vanaf dat moment is het belangrijk om te leren hoe je die winst kunt vasthouden.

Puzzelstukjes
Wanneer een client vertelt over een samenwerking met een ander persoon (in welke vorm dan ook; bij een baan, in de liefde, in een vriendschap, etc.) die niet loopt of is gelopen zoals gehoopt maar door de cliënt te veel wordt geïnterpreteerd als een persoonlijke tekortkoming van hemzelf, in plaats van een simpel geval van ‘geen match’.
Uitleg
Teken twee puzzelstukken op het bord die duidelijk niet in elkaar passen. Vraag je cliënt: “Passen deze puzzelstukken in elkaar?”(Het antwoord is uiteraard ‘nee’). Vraag vervolgens: “Okee, en aan welke van deze twee puzzelstukken ligt dat?” Hiermee kun je illustreren dat het ontbreken van een match niet aan één persoon kunt toeschrijven. De cliënt kan hier ook uit halen dat als zijn puzzelstuk niet past in de huidige situatie, hij elders wel zal kunnen passen.

Wolkenkrabbers
Deze metafoor gebruik ik vaak bij cliënten die altijd van zichzelf ‘sterk’ moeten zijn, kwetsbaarheid als zwakte ervaren en (doorgaans) het ook moeilijk vinden om bij de psycholoog te komen voor hulp.
Uitleg
“Tokio is een stad die gebouwd is op een kwetsbare plek. Doordat juist op die plek twee aardkorsten samenkomen, is de stad gevoelig voor aardbevingen die er dan ook regelmatig voorkomen. Jaren geleden, toen men wolkenkrabbers begon te bouwen, wisten ze dat die wolkenkrabbers kwetsbaar zouden zijn en zouden kunnen instorten bij een eventuele aardbeving. Daarom besloten ze deze gebouwen extra stevig te bouwen: stevig beton, extra graniet, extra stevige metaalconstructie. Helaas bleek dat tevergeefs. De gebouwen stortten bij een aardbeving in. Vervolgens werden ze nóg steviger gebouwd, nog meer sterke materialen. Maar opnieuw stortten de gebouwen in bij een aardbeving. Toen besloten ze het anders aan te pakken. In plaats van de wolkenkrabbers steviger te bouwen, besloten ze deze juist zwakker te maken. Er werd meer buigzaam materiaal in de gebouwen verwerkt, waardoor het gebouw wat flexibeler werd. En toen een aardbeving kwam, bleven de gebouwen staan. Ze konden met de trilling van de aarde meeveren en waren zo beter bestand tegen een aardbeving dan de gebouwen die zo gemaakt waren dat ze vooral geen centimeter zouden wijken.Datzelfde mechanisme zie je bij mensen. Juist wanneer je jezelf zo stevig mogelijk neerzet, jezelf niet toestaat om af en toe zwak en kwetsbaar te zijn en mee te veren met de omstandigheden, is de kans dat je omvalt groter. Door af en toe te kunnen denken: “vandaag is het even allemaal helemaal niks, ik trek het niet en ik neem een baaldag op, zoek het allemaal maar uit”, geef je jezelf de kans om te herstellen en kom je makkelijker weer op je oude niveau. Krachtig zijn betekent in dit geval dus juist het vermogen hebben om af en toe zwakker te zijn, om op de andere momenten weer optimaal te kunnen functioneren.”

Denken voor een ander
Deze illustratie gebruik ik bij cliënten die geneigd zijn negatieve gedachten over henzelf in te vullen voor anderen.
Uitleg
“Stel je het volgende voor: persoon A (linksonder in de tekening), denkt dat persoon B (in het denkwolkje) iets negatiefs denkt over persoon A (in het denkwolkje van het denkwolkje). Of in de praktijk: Anne denkt dat Bernard denkt dat Anne oninteressant is. De vraag is nu: In dit voorbeeld, wie denkt er iets negatiefs over persoon A?.”
Het antwoord is natuurlijk: persoon A zelf. Oftewel, de negatieve gedachte die persoon A heeft over wat persoon B zou denken, is zijn eigen gedachte. Dit te beseffen kan al een groot inzicht geven voor cliënten. Wanneer ze inzien dat zij zelf degenen zijn die die negatieve gedachten bedenken over zichzelf, kan dat al heel wat schelen. Zo nodig kun je vervolgens deze gedachten uitdagen, waardoor het weer binnen hun eigen invloedssfeer ligt.

Zuurstofmasker
Deze metafoor kun je gebruiken bij mensen die geneigd zijn veelal voor anderen te zorgen en dan zichzelf te vergeten. Deze mensen wil je leren dat ze pas voor anderen kunnen zorgen als ze dat voor zichzelf doen.
Uitleg
In het vliegtuig als de zuurstof wegvalt in de cabine, vallen er zuurstof maskers naar beneden. In het instructiefilmpje raden ze altijd ouders aan om eerst hun eigen zuurstofmasker op te zetten voor ze dat van hun kind bij dat kind op zetten. De gedachte is natuurlijk dat als je nog bezig bent met dat van je kind en je valt flauw door een gebrek aan zuurstof, je jezelf niet meer kunt redden en andersom wel. Zo werkt dat ook in het dagelijkse leven. Als je eerst voor anderen zorgt en je vergeet jezelf, ga je er uiteindelijk aan onderdoor en dan ben je ook niet meer in staat voor een ander te zorgen, laat staan voor jezelf. Dan heeft niemand er dus nog wat aan.

De emmer
De emmer is een illustratie van de balans tussen inspanning en ontspanning. Deze pas ik veelal toe bij cliënten die overbelast zijn geraakt door een opstapeling van stress op werkgebied of in het privéleven.
Uitleg
“Wanneer de bovenste kraan (de stresskraan) openstaat en de onderste kraan (de ontspanningskraan) dichtzit, loopt de emmer vol en op een gegeven moment loopt hij over. Wanneer mensen overbelast zijn geraakt zijn ze vaak in de loop der tijd gestopt met ontspannende activiteiten (ontspanningskraan zit dicht) terwijl er juist meer stress is bij gekomen (stresskraan is juist meer open gegaan). Logischerwijs loopt de emmer dan vol en ook over. Dat overlopen vand de emmer is waar u nu last van heeft, dat zijn uw psychische klachten. Vaak is niet mogelijk om de bovenste kraan dicht te draaien omdat dit nu eenmaal factoren zijn die nu een feit zijn. Maar het is onmisbaar om meer ontspannende activiteiten te ontplooien (ontspanningskraan opendraaien) om te voorkomen dat de emmer blijft overlopen. De vraag aan de u is dus: wat kunt u allemaal nog doen om de ontspanningskraan verder open te draaien?”
Zolang het niet goed gaat met iemand wil het zeggen dat de kranen nog niet in verhouding staan tot elkaar.
